Curt Winckler werkte op een Duits koopvaardijschip toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Het schip lag aangemeerd in Surabaya en kon niet meer uitvaren. Na afloop van de oorlog besloot Curt in Nederlands-Indië te blijven en daar een leven op te bouwen. Hij trouwde met Everdina Mol en samen kregen zij drie dochters. Vanwege het huwelijk kregen Everdina en haar kinderen de Duitse nationaliteit. In de jaren die volgden, vervulde Curt meerdere functies. Zo was hij een tijdje boekhandelaar, werkte hij als hoofd van de cultuurpolitie op de suikerplantage Soekodono in Lumajang (Oost-Java) en had hij een baan bij Ford in Surabaya. In 1940 werkte hij als commercieel medewerker bij de firma Schlieper, later Javastaal Surabaya. Daar werd hij op de dag van de Duitse inval in Nederland door de politie opgehaald om samen met andere Duitsers te worden geïnterneerd. Everdina bracht nog snel een koffertje met kleren naar de trein waarmee Curt werd weggebracht naar Fort Ngawi in Oost-Java, zijn eerste bestemming. Ze zwaaiden naar elkaar toen de trein vertrok en ze zouden elkaar nooit meer terugzien.
Zijn kleindochter Karen hoorde de verhalen van haar moeder en tantes. Voor de internering van Curt leidde het gezin Winckler een ‘gewoon leven’, vertelt Karen. Het was geen vermogende familie. Aanvankelijk kreeg het gezin nog enige financiële steun van overheidswege voor het wegvallen van de kostwinner, maar dat voorkwam niet dat een periode vol bestaansonzekerheid aanbrak. Everdine en haar dochters verhuisden regelmatig. Soms vonden ze onderdak bij kennissen, dan woonden ze weer op zichzelf. Maar het waren niet alleen economische gevolgen die hen troffen. De jongste dochter Grete, destijds 15 jaar, vertelde later aan Karen dat haar de toegang tot de school verboden werd omdat zij een Duitse vader had. Het was een pijnlijke herinnering voor haar.
Na de Japanse inval viel alle financiële bijstand weg. Het gezin hoefde niet naar een Japans interneringskamp vanwege hun Duitse nationaliteit, maar was volledig op zichzelf aangewezen. Als ‘buitenkampers’ leed het gezin armoede in een onveilige omgeving. Soms verkocht Everdina eten langs de weg om aan wat inkomen te komen.
Kort na de ramp met de Van Imhoff kreeg Everdina bericht van het Zwitserse consulaat dat haar man was vermist. Pas in 1950 werd het bewijs van overlijden verstrekt in het Indonesisch. Everdina en haar dochters wisten dat het schip was gebombardeerd en ze begrepen dat alle opvarenden waren vermist. Wat zich werkelijk op de Van Imhoff had afgespeeld was hen onbekend.
- Naam: Curt Edmund Winckler
- Geboren: 10 december 1886
- Geboorteplaats: Berlijn
- Op 15 mei 1921 getrouwd met Everdina (roepnaam Dien) Antoinette Maria Mol, geboren op 26 mei 1899 te Surabaya
- Kinderen: Loni, Dora en Grete
- Werk: Commercieel medewerker bij de firma Schlieper