Ludwig Högel

Op 1 juli 1914 vertrok de 21-jarige matroos Ludwig Högel vanuit de haven van Bremen met het stoomschip Roon naar Australië. Hij werkte als stoker voor de Duitse koopvaardijmaatschappij Norddeutscher Lloyd. Nog tijdens de reis brak de Eerste Wereldoorlog uit en werd de kapitein genoodzaakt naar neutraal gebied uit te wijken. Het schip meerde aan in de haven van Tjilatjap in Nederlands-Indië. De bemanning bleef daar gedurende de oorlog.

Ludwig bouwde in die oorlogsjaren een bestaan op in Nederlands-Indië en besloot te blijven, net als enkele van zijn Duitse vrienden. Tot 1922 werkte hij als assistent-employé op een onderneming aan de westkust van Sumatra. In 1923 ging hij aan de slag als werktuigbouwkundige op de theeonderneming Parakan Salak in Soekaboemi op Java. Daar trouwde hij op 25 december 1925 met de Indische Pauline Caroline van der Leij. Tussen 1926 en 1939 kregen zij zeven kinderen: Anna Carolina, Margarete (Margreet), Carl, Maria, Ernst, Friedrich (Frits) en Lulu.

Ondertussen was Ludwig in 1933 een eigen bedrijf begonnen, een fabriek waar machines voor theeplantages werden ontworpen en gebouwd. De onderneming liep zo goed dat Ludwig een nieuwe, grotere fabriek liet bouwen in Tjipoho ten zuiden van Soekaboemi, de n.v. Technische Industrie L. Högel. De Borneo Sumatra Handelmaatschappij investeerde in Ludwigs bedrijf en had financiële belangen in de handel met en van de onderneming. Naast machines voor de theeplantages zouden machines voor rubberondernemingen worden ontworpen. Ook zou het bedrijf onderdelen leveren en reparaties uitvoeren. Op 1 augustus 1939 ging de onderneming van start. Het gezin woonde vlakbij het bedrijf.

Het bedrijf was nog in de opstartfase toen Duitsland op 10 mei 1940 Nederland binnenviel en met de code ‘Berlijn’ het teken werd gegeven tot internering van alle mannen met de Duitse nationaliteit van zeventien jaar en ouder in Nederlands-Indië. De commissaris van politie, een vriend van de familie Högel, kwam bij Ludwig aan huis en vroeg hem zijn koffer te pakken en mee te komen. Ludwig werd geïnterneerd vanwege zijn Duitse nationaliteit, eerst op Onrust en naderhand in Lawé Sigala-Gala op Sumatra.

De onderneming werd onmiddellijk geconfisqueerd door de overheid. Op 18 mei 1940, deed Ludwigs vennoot, de Borneo Sumatra Handel Maatschappij, een voorstel aan de Commissie voor Rechtsverkeer in oorlogstijd om het bedrijf over te nemen. Omdat nog niet alle investeringen waren terugverdiend, zou dit worden gefinancierd met Högels kapitaal.

Ludwig keerde niet meer terug. Hij kwam op 19 januari 1942 op 48-jarige leeftijd om het leven bij de ondergang van de Van Imhoff. Lulu was nog geen half jaar toen haar vader werd geïnterneerd en uit haar leven verdween. Ze hoorde later dat er werd gecorrespondeerd met haar vader in het kamp en dat hij een foto kreeg van zijn twee jongste kinderen Frits en Lulu. Ernst was vijf jaar toen Ludwig werd opgehaald en heeft het daar altijd moeilijk mee gehad. Maar ook Margreet zou veel bezig zijn met de gebeurtenis die hun leven zo drastisch veranderde. Zij verzamelde informatie over de ramp en maakte een familiealbum met herinneringen aan haar vader, zijn voorouders en het gezin Högel.

 

  • Geboren: 14 mei 1893
  • Geboorteplaats: Frankfurt am Main, Duitsland
  • In 1925 gehuwd met Pauline van der Leij   
  • Werk: werktuigkundige en ondernemer